Analyse saldo programma

Specificatie
Onderstaande verschillen bestaan uit de wijzigingen na de primaire begroting 2018 (jaarschijf 2019). De eerder vastgestelde bestuursrapportages zijn voor de volledigheid toegevoegd, zonder nadere toelichting. De onontkoombare ontwikkelingen en de beleidsvoornemens uit de kaderbrief en de kadernota worden kort toegelicht onder de tabel. Ook de wijzigingen na de kadernota worden toegelicht.

Toelichting

Indexering
In de kaderbrief is een voordeel van € 206.000 opgenomen voor opbrengststijgingen, die in onder 'Primaire begroting 2019' wordt verdeeld over de relevante posten in de begroting (huren, pachten, Ozb, etc.)

Meicirculaire 2018
Na aftrek van de stelposten voor met name het sociaal domein blijft er een bedrag van € 2,352 miljoen over als algemeen dekkingsmiddel. Hiervan is € 1,041 miljoen gereserveerd voor loon- en prijsstijgingen. Het nettoresultaat van de meicirculaire was daarmee € 1,311 miljoen.
De verwerking van de stelposten uit de meicirculaire, waaronder het sociaal domein en loon- en prijsstijgingen wordt zichtbaar onder 'Indexering' en 'Personeelsbegroting/kostenverdeling' onder het kopje 'primaire begroting 2019'.

Incidentele dekking uit reserve
In de kadernota is in 2019 en 2020 een incidentele onttrekking aan de reserve opgevoerd ter dekking van de incidentele ruimtevragers uit het coalitieakkoord. Deze dekking wordt in deze begroting anders verwerkt om een zuiver begrotingsresultaat te presenteren. Het meerjarige verloop van de algemene reserve op begrotingsbasis verandert niet door deze wijziging. Uiteindelijk worden de definitieve rekeningresultaten (positief of negatief) verrekend met de algemene reserve.

Ruimtescheppers
In de kadernota zijn een tweetal ruimtescheppers opgenomen, namelijk: contractmanagement en verhoging gemeentelijke leges. De invulling van de taakstelling leges is grotendeels ingevuld voor 2019 en 2020.

Personeelsbegroting / kostenverdeling
In dit onderdeel wordt de stelpost voor loonstijgingen verwerkt. Daarnaast zorgt een verschuiving van apparaatslasten tussen producten en programma's voor mutaties op dit programma.
Bovenstaande zaken leveren voor dit programma per saldo een voordeel op. Voor een nadere toelichting op de ontwikkeling van de totale personele lasten verwijzen wij naar de paragraaf bedrijfsvoering.

Investeringsplan
Het voordeel op het investeringsplan wordt met name veroorzaakt door het opnemen van een hogere stelpost voor onderuitputting investeringen. De investeringsvolumes voor de jaren 2018-2023 zijn omvangrijk. In de begroting wordt rekening gehouden met een realisatiepercentage van 70%. Deze aanname is op basis van historische informatie realistisch. Voor 2019 is de stelpost onderuitputting verhoogd met € 247.000.
Het restant van voordeel komt door de actualisatie van het investeringsprogramma dat minder kapitaallasten geeft.

Relevante ontwikkelingen na kadernota
De mutaties betreffen vooral de verwerking van eerder opgenomen stelposten, conform eerder genomen besluiten van raad en college. De verwerking van begrotingen van de gemeenschappelijke regelingen (zie ook toelichting programma Sociaal domein) resulteerde in een negatieve stelpost (taakstelling) die niet realiseerbaar is voor 2019. Het schrappen van deze stelpost geeft een nadeel van € 2,5 ton op dit programma en op het programma Sociaal domein een voordeel van € 2 ton. Per saldo is er dus een bedrag van € 50.000 niet gerealiseerd.